Homeless
by J.J. Slauerhoff
Translated from dutsh by A.Z. Foreman
Only in my poems can I make my home.
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen,
I have found shelter in no other form.
There is no hearth I’ve pined for as my own.
A tent could be uprooted in the storm.
Only in my poems can I make my home.
While I still know that I can find those doors
In wilderness, in woods, on streets or moors,
I fear no grief- no matter where I roam.
Long though it be, the time shall surely come
When before night my old powers cease to spark
And beg in vain for tender words of old
That I once built with, and the earth must fold
Me to my rest as I bow to the cold
Space where my grave bursts open in the dark.
Woninglooze
J.J. Slauerhoff
Nooit vond ik ergens anders onderdak;
Voor de eigen haard gevoelde ik nooit een zwak,
Een tent werd door den stormwind meegenomen.
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen.
Zoolang ik weet dat ik in wildernis,
In steppen, stad en woud dat onderkomen
Kan vinden, deert mij geen bekommernis.
Het zal lang duren, maar de tijd zal komen
Dat vóór den nacht mij de oude kracht ontbreekt
En tevergeefs om zachte woorden smeekt,
Waarmee ’k weleer kon bouwen, en de aarde
Mij bergen moet en ik mij neerbuig naar de
Plek waar mijn graf in ’t donker openbreekt.
No comments:
Post a Comment